Spring naar inhoud

TA

De theorie van de Transactionele Analyse (TA), ontwikkeld door psychiater Eric Berne, richt zich op de persoonlijkheid en hoe die tot stand is gekomen. Welke overtuigingen je over jezelf en anderen met je mee draagt. Deze overtuigingen zorgen voor ‘vervuiling’ in je contact met anderen, maar ook met jezelf. Dat heeft niet met onvermogen te maken, maar met de kracht van oude patronen en de angst om die vertrouwde patronen los te laten. Dit leidt tot transacties tussen mensen die niet gaan over wat er in het nu gebeurd, maar die gebaseerd zijn op oude overtuigingen (zie hieronder bij Script). We herhalen daarom onze als kind ontwikkelde strategieën in ons volwassen leven. Deze oude overtuigingen kunnen wij leren kennen en herzien om zo onze autonomie, contact met anderen en de liefdevolle omgang met onszelf te versterken.

Wat de TA je geeft:

De TA biedt inzicht in jouw omgang met mensen, je onderliggende behoeften en welke boodschappen uit je jeugd invloed op jou hebben. Door het versterken van je Volwassene neem je de verantwoordelijkheid voor jouw geluk, liefde en persoonlijke kracht weer in eigen handen. Je kan de wereld weer benaderen vanuit de basishouding: ‘Ik ben OK, jij bent OK’.

Hoe werkt Transactionele Analyse

In de TA wordt gewerkt met en aan jouw autonomie. Hierbij staat voorop dat ieder mens OK is. Het uitgangspunt daarbij is dat ieder mens voor zichzelf verantwoordelijk is en het vermogen heeft om zelf na te denken en beslissingen te nemen, dit is je Volwassen Egotoestand.

In de Transactionele Analyse wordt, onder meer, gebruik gemaakt van de volgende basisconcepten die hier kort toegelicht worden. Een uitgebreide beschrijving vind je op Wikipedia.

 

Egoposities:

Ieder mens ontwikkelt van kinds af aan vijf Egotoestanden :

Ik kan handelen vanuit bepaalde overtuigingen die lijken op overtuigingen die mijn ouders hadden.

  • De Structurerende Ouder; je voedende, beschermende en geruststellende stem (O+)
  • De Kritische Ouder; je innerlijke criticus (O-)

Ik kan mij gedragen zoals ik mij ook als kind gedroeg.

  • Het Vrije Kind dat handelt vanuit haar eigen behoeften en grenzen (K+).
  • Het Aangepaste Kind dat ' moet' voldoen aan eisen en normen van anderen (K-)

Ik kan ook handelen vanuit en in reactie op het hier-en-nu. Ik kan vanuit een rationeel standpunt oplossingen bedenken en besluiten nemen.

  • de (autonome) Volwassene: die wordt gevoed vanuit O+ en K+.

[De egotoestanden worden met een hoofdletter geschreven om ze te onderscheiden van de verschillende levensfases.]

 

Script:

Als kind ontwikkelen we  overtuigingen over onszelf , anderen en de wereld om ons heen op. Op basis van die (onbewuste) overtuigingen nemen we bepaalde besluiten om onszelf veilig te houden. 'Als ik maar ... doe, dan wordt er van me gehouden en ben ik veilig'. Deze overtuigingen, bekend als Drivers, zijn: Wees Sterk, Wees Perfect, Doe de Ander een Plezier, Schiet Op en Doe je Best.

Op het moment dat wij handelen binnen onze Scriptovertuiging voelen we ons OK. Dit is zo belangrijk, dat we deze overtuiging in stand willen houden; 'Zie nou wel....'. Met andere woorden: we interpreteren onze ervaringen zo dat ze in overeenstemming zijn met onze overtuigingen. Ons Script wordt een selffulfilling prophecy: 'Dit overkomt mij altijd'. Dit staat bekend als een Racketgevoel (je 'Favoriete' Rotgevoel).

 

Dramadriehoek:

De Dramadriehoek duidt hoe interactie op een onproductieve en onbevredigende manier plaatsvindt. Dit wordt een Spel genoemd. In de Dramadriehoek onderscheiden we drie posities: de Redder, het Slachtoffer en de Aanklager. In alle drie de posities neemt men geen verantwoordelijkheid voor zichzelf, wat in de communicatie wordt versterkt.

  • De Redder probeert het Slachtoffer te helpen maar ontkent de autonomie en mogelijkheden van de ander. 'Je hebt mij nodig, want je kan het niet zelf.'
  • Het Slachtoffer voelt zich onmachtig en kijkt naar de Redder voor een (valse) oplossing. 'Ik kan het niet en heb anderen nodig.' Of hij kijkt naar de Aanklager voor bevestiging van zijn eigen onvermogen. ' Zie nou wel, ik ben ook nergens goed voor.'
  • De Aanklager weet het beter en legt verantwoordelijkheden buiten zichzelf. 'Zo gaan die dingen nou eenmaal.'

In dit Spel vindt uiteindelijk een switch plaats waarbij iemand van de ene rol naar de andere schakelt. De Redder raakt gefrustreerd omdat de adviezen niet landen, het slachtoffer raakt gefrustreerd omdat ie zich bevestigd voelt in zijn onmacht. Een van de twee (of allebei) switcht vervolgens naar de aanklager: 'Jij doet 't niet goed'.

Zie downloads voor een uitgebreide beschrijving.